De rijke geschiedenis van driehonderd jaar regentschap.

Wellicht kent u de naam Van Riemsdijk al; bijvoorbeeld van de naar hen genoemde straten in Hardenberg en Gramsbergen. Daarnaast zijn er een tiental, van familiewapens voorziene, grafmonumenten bewaard gebleven op het kerkhof van de voormalige stad Nijenstede aan de Stationsstraat te Hardenberg (we raden u aan een kijkje te nemen op dit meer dan duizend jaar 1) oude kerkhof, gelegen aan het eind van de winkelstraat). Sinds het begin van de twintigste eeuw wonen er geen Van Riemsdijks meer in Hardenberg. In het nabijgelegen Gramsbergen stierf de laatste telg in 1954.

Download hier de folder.

 

Uitgave van:
Oudheidkamer Hardenberg
Voorstraat 34
7772 AD Hardenberg
0523 - 265 624
www.historiekamer.nl
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Tekst:
Erwin Wolbink en Dinah Hesselink-Zweers

 

 

 

1) In het `Repertorium van de stadsrechten in Nederland’, samengesteld door J.C.M. Cox (VNG Uitgave nr. 33, Den Haag 2005) geeft als informatie:

De oudste vermelding van `Herdenborg’ dateert van 1229-1230.

De stadsrechten zijn verleend door Jan IV van Arkel, bisschop van Utrecht op 18 september 1362. Er was toen dus sprake van een nederzetting met een zekere omvang. Het ontstaan van Hardenberg hangt samen met de bouw van een vesting rond 1228 door bisschop Willebrand van Oldenburg om als bolwerk te dienen tegen de naburige Drenten die in die tijd nogal opstandig waren. In de Slag bij Ane uit 1227 zagen de Drenten onder aanvoering van Rudolf II van Coevorden nog kans om de toenmalige bisschop en zijn ruiterleger te verslaan waarbij de bisschop werd gevangen genomen en gedood. Een bisschoppelijke vesting bij Almelo werd ten dele ontmanteld en de zware balken als bouwmateriaal gebruikt op de plek die `Herdenborg’ ging heten, waarbij borg de aanduiding is voor vesting. In 1332 werden de Drenten definitief verslagen.

De mensen die zich in Herdenborg vestigden waren inderdaad afkomstig uit een nederzetting – waar een kerkje was – dat Nijenstede heette en thans Heemse heet. Het verplaatsen van dit kerkje naar de nieuwe nederzetting bij de vesting hield echter ook in dat het kerkhof aan de andere kant van het riviertje de Vecht kwam te liggen echter niet aan de huidige Stationsstraat maar rondom dit kerkgebouw. Rond 1800 ging men door het `vol raken’ van de beschikbare ruimte rond de kerk en op zeker moment het verbod om nog langer in kerkgebouwen te mogen begraven, begraafplaatsen inrichten buiten de (voormalige) stadsmuren. Op deze wijze is ook het kerkhof aan de Stationsstraat ontstaan.

 

Bron: Dick Schlüter; historicus aan de Universiteit van Twente.